maandag 16 mei 2016

Retourtje Eibergen

Het is zaterdagochtend 14 mei 6.00 uur en de wekker staat te piepen.
Vandaag niet zoals gebruikelijk voor een zwemtraining, maar voor een vroege start van een bijzondere tweedaagse fietstocht.
Ik rol uit bed direct mijn fietskleding in en werk in de badkamer mijn ochtendritueel af.
Daarna klop ik op de deur van de studeerkamer om Erwin, die bij ons heeft gelogeerd, in te seinen dat hij mijn voorbeeld kan gaan volgen.
Hij is hier wat sneller mee en al snel beneden in de woonkamer.
We gaan aan tafel voor een stevig ontbijt en smeren ook wat boterhammen voor onderweg.
Om kwart voor zeven zie ik Henri op de parkeerplaats zijn Raptobike van de auto halen.
Hij is mooi op tijd en kan onder het genot van een bak koffie nog even wennen aan het idee dat hij als enige open ligger een uitdaging aangaat met vier Velo’s.
Even na zeven uur komt Pim binnenvallen en ook voor hem is er nog een bak koffie.
Douwe, die een paar honderd meter achter ons woont, meldt zich als laatste gereed voor de start.
 Met twee Questen, een Strada, een Mango en een Raptobike gaan we op pad voor een retourtje naar Eibergen.
Petra legt ons nog vast op een plaatje en dan trappen we de straat uit.
Al in het plassengebied voelen we wat druppels op ons hoofd, maar gelukkig spettert het slechts een paar minuten.
We fietsen door Hekendorp, Oudewater, Polsbroekerdam, Lopik, Uitweg en Lopikerkapel naar de Lek en steken via de brug van Vianen het water over.
De wind is ons gunstig gezind en stuwt ons voort over de dijk richting Everdingen, Culemborg en Ravenswaaij. Relaxed zoeven we hier voorbij en genieten we van de uitzichten over het water en de polder.
 Via de Prinses Marijkesluis komen we aan de noordkant van het Amsterdam Rijnkanaal en via een vrijwel rechte lijn kunnen we hier langs naar de Waal koersen.
Halverwege het kanaal rijden we het terrein van de Batouwe op voor een korte pauze.
De golfers kijken bewonderd en verbaasd naar onze fietsen en verwachten zeker dat we onze clubs tevoorschijn halen. Dat is zeker niet het geval, want wij willen alleen koffie/thee en appeltaart.
Een vriendelijke en geïnteresseerde uitbater zorgt dat dit dik in orde komt.

Als we weer verder gaan staat op onze tellers een afstand van 65 km en een gemiddelde van 28,5 km per uur. Helaas herhaalt de natuur zijn grillen en ook de start na de pauze begint met een paar minuten nattigheid.
 
Bij Den Akker komen we op de dijk langs de Waal en met nog altijd wind in mee rollen we hier ook in goed tempo door. We stuiven langs IJzendoorn, Ochten, Dodewaard en Oosterhout naar Lent en gaan hier via de Waalbrug naar de zuidoever van de rivier. Via een korte slinger door Nijmegen komen we in de prachtige Ooijpolder. Naar links kijken we uit over het water en aan de rechter zijde kijken we op tegen de heuvels.
 
Een halve kilometer voor de grens stoppen we in Millingen aan de Rijn bij De Gelderse Poort voor een lunch. Vier pannenkoeken en een uitsmijter verdwijnen als sneeuw voor de zon.
Bij het afrekenen vertellen we de serveerster dat we nog een stukje van 65 km gaan fietsen. Dat lijkt haar wel te overzien, maar als we daarna melden dat we al 125 km gehad hebben haakt ze toch af.

We fietsen verder langs het water dat nu de Rijn heet en zien aan witte kentekenplaten dat we al in Duitsland zijn. Bij Emmerich gaan we via de tuibrug weer over en rijden we in noordelijke richting terug naar Nederland. Bij ’s-Heerenberg passeren we in de regen de grens en is het even goed opletten als het Duitse fietspad plots stopt en wij de weg op moeten.
 
Wij fietsen nu in noordoostelijke richting en komen langs Zeddam, Terborg, Varsseveld, Ziewent en Beltrum. Op dit deel van de tocht worden we verrast door enkele stevige regenbuien en een harde hagelbui met zware windstoten en moeten een paar keer schuilen.
Ondertussen herken ik de omgeving van eerdere vakantie en met de schuimkap op de Quest let ik niet goed op de GPS. Hierdoor maken we een klein lusje door Groenlo en vandaaruit volgen we de weg naar Eibergen.

Na één keer keren in de straat vinden we ons Vrienden Op De Fiets logeeradres.
We worden allerhartelijkst ontvangen. Onze fietsen mogen in de garage en wij krijgen direct koffie/thee en gevulde koek toebedeeld. Na een gezellige kennismaking met onze gastheer en gastvrouw krijgen we een rondleiding door het huis. Douwe en Erwin delen een kamer en verder hebben wij ieder ons eigen kamer. We frissen ons op onder de douche en wandelen daarna naar de chinees aan de overkant van de weg. De tapasoptie oogt verleidelijk, maar we kiezen toch ieder een gerecht naar eigen keuze. Uiteraard nemen we er een biertje bij om het geheel goed door te spoelen. En tweede biertje wordt wel moeilijker omdat het restaurant maar een paar glazen in ons formaat heeft. Met een beetje doordrinken lukt het toch en voldaan tikken we de rekening af.
Op ons gastadres krijgen we nog een afzakkertje aangeboden ter afsluiting van de avond.
Zoveel verwennerij heb ik nog niet eerder meegemaakt bij een VODF adres.
 
 
De volgende ochtend worden we verrast door een rijkelijk gedekte ontbijttafel.
De laten het ons goed smaken en slaan ook het aanbod proviand voor onderweg te pakken niet af.
Even voor negen uur trekken we onze fietsen weer uit de garage om te beginnen aan onze terugreis.

We zijn Eibergen echter nog niet uit of het begint al te regenen. De schuimkappen gaan op de Velo’s en Henri moet afzien op zijn open fiets. Ondanks dat onze gastheer ons waarschuwde voor wegversperringen in Haarlo rijden we toch recht op dit dorp af. Route is immers route en daar moet je niet te veel van afwijken. We stappen uit bij de werkzaamheden en lopen enkele meters door de wegafzetting. Daarna sturen we weer verder langs Geesteren, Lochem, Laren, Harfsen, Joppe en Epse naar Deventer.
 Na een stuurfout van mij en nog een keer keren vinden we de brug over de IJssel. Vanaf de brug volgen we de weg langs Twello naar Teuge. Hier nemen we de moeite om een kilometer om te rijden, zodat we in het restaurant van het vliegveld koffie/thee kunnen drinken. Vanachter het raam zien we vliegtuigen opstijgen en dalen, parachutisten naar beneden vallen en donkere wolken samenpakken. Als de regen uit deze wolken op is gaan we weer verder.

 We fietsen dwars door Apeldoorn en komen aan de andere kant in het bosgebied van de Veluwe. We klimmen eerst omhoog en krijgen dan een lange afdaling richting Kootwijk en de Harskamp.
 Ik kan het niet laten even aan te zetten en trap een stukje stevig door .
Pim en Erwin volgen mij en als we even later stoppen om op Henri en Douwe te wachten zie ik aan hun gezichten dat zij het ook leuk vonden even hard over de asfaltweg door het bos te scheuren.
Nu we toch stilstaan en zelfs de zon schijnt eten we gelijk maar de broodjes die we mee hebben genomen. Een ietsje uitgerust koersen we weer verder naar Barneveld, Scherpenzeel, Woudenberg,  Zeist en Bunnik. We fietsen door open poldergebied en de stevige wind tegen vraag de nodige inspanning om het tempo er enigszins in te houden. In Bunnik krijgen we een ijsje van Erwin. Dat lijkt wat vreemd met een buitentemperatuur van ongeveer 12 graden maar is wel erg lekker.
 Vanuit Bunnik rest ons nog een goede 40 km naar huis. Tegen de steeds harder wordende wind proberen we toch zoveel mogelijk op souplesse vooruit te komen.
 Na bijna twee dagen fietsen valt dat niet mee, maar met enig doorzetten weten we ook Nieuwegein, Montfoort, Oudewater en uiteindelijk Gouda te bereiken. Moe maar voldaan stoppen we naast ons huis en de door Petra opgehangen letters ‘welkom’ toveren een lach op ons gezicht. Pim en Douwe fietsen na een kort afscheid door naar huis. Henri en Erwin blijven nog even en krijgen pannenkoekentaart die Petra voor ons heeft gemaakt. Daarna gaan ook zij huiswaarts en kan ik mijn spullen opruimen en mezelf opfrissen.

Terugkijkend op de dagen hebben we een hele mooie tocht volbracht en volgens mij allemaal genoten van de uitdaging, waarbij we in totaal een ronde van 358 km vanuit Gouda hebben gereden.

Erwin, Henri, Pim, Douwe… bedankt voor jullie gezelschap.

2 opmerkingen: