<Dag 1>
Alweer enige maanden geleden hebben Douwe, Pim en ik een datum geprikt
voor een fietsrondje om het IJsselmeer.
Ik heb geprobeerd een goede route in elkaar te zetten en we hebben een
onderkomen gereserveerd bij een adres uit het Vrienden Op De Fiets boek.
Gisteren was het dan zover en konden we beginnen aan onze uitdaging.
Helaas moet Douwe door een blessure al voor vertrek afhaken en zullen
Pim en ik de rit met z’n tweeën gaan maken.
We hebben afgesproken beide om half acht uit huis te vertrekken en
elkaar voor de start te treffen in Bodegraven.
Ik ben er iets eerder dan Pim die al in de eerste kilometers moet
omrijden door een wegblokkade.
We vertrekken om 8 uur vanaf onze startplek en moeten eerste een eind
fietsen om bij het IJsselmeer / Markermeer te komen.
We rijden de gehele Meije door en steken via de Woerdense Verlaat door
naar Wilnis.
Vanaf daar rijden we door voor ons al wat minder bekend gebied naar
Vinkeveen en Baambrugge.
Via een doorsteekje komen we bij het Amsterdam Rijnkanaal en dan kunnen
we in een rechte lijn strak noordwaarts.
We schampen Amsterdam via de groenstrook langs IJburg en over de Enneüs
Heermabrug en Schellingwouderbrug belandden we in de polder van Gouwsloot.
We hebben de weg voor ons alleen en we verbazen we ons over het
natuurschoon zo vlak naast de grote stad.
Uiteindelijk komen we aan het eind van de polder op de dijk van het
Markermeer en even later in Monnickendam.
Hier heb ik onze koffiestop gepland, maar de tent die ik uitgekozen had
zit buiten vol.
We strijken daarom neer op het terras van De Waegh voor koffie en
appeltaart.
De flinke punt taart is een kleine maaltijd en dat blijkt later ook wel
als we moeten afrekenen.
In het volgende etappedeel laten we Volendam rechts liggen en snijden
we de neus van Noord Holland af via Zwaagdijk West en Oost.
Bij Medemblik komen we langs het IJsselmeer uit en brengen we een groet
aan Lely.
Een enthousiast wielrenner snelt voor ons uit en dat roept
onvermijdelijk het RIS op.
Pim weet dat hij kilometers lang de weg kan blijven volgen en gaat
voorop rijden.
Tandje voor tandje schakelen we op en verhogen we onze snelheid.
Vriend de wielrenner vervaagd in onze spiegels en wij speren noordwaarts.
Ik vind het prima want de lunch in Medemblik hebben we overgeslagen
voor een hap in Den Oever.
En hoe sneller wij rijden, hoe eerder we bij onze lunchplek zijn.
Aan de haven van Den Oever vinden we een mooi plekje op het terras van
Basalt.
We bestellen cola’s en lekkerbekken en dat gaat er prima in.
Na dit rustmoment zijn we klaar voor de overtocht van de Afsluitdijk.
Pim is op voorhand benieuwd hoe lang het fietsen is naar de overkant en
waarschijnlijk is dat de reden waarom we in vrij hoog tempo over de dijk rijden.
Vanaf de Stevin sluizen tot de Lorentz sluizen klokken we 45 minuten.
Aan het eind van de dijk slaan we rechtsaf en draaien we tegen de wind
in.
Onderlangs de Friese dijk gaat het daarom na 175 km opeens zo snel niet
meer.
We fietsen door Makkum, Gaast en Workum en verlaten dan het
IJsselmeergebied omdat we in Heeg moeten uitkomen.
Pim uit hier kreten van herkenning, omdat hij onlangs met zijn camper
in de buurt heeft gestaan.
Onze route is een bijna rechte lijn van Workum naar Heeg, maar heeft
daarom wel een fietspontje.
Door het mooie weer is het druk bij de pont en wij passen er nog maar
net bij.
Pas aan de overkant moeten we betalen en de pontoma heeft onderwijl
bedacht dat ze voor een dubbeltarief kan rekenen.
We kunnen er wel om lachen en gunnen de dame haar extra inkomsten.
Om kwart over vier staan we voor ons logeeradres en dat is ruim eerder
dan ik had ingeschat.
Onze gastvrouw en gastheer zijn in de tuin, ontvangen ons hartelijk en
maken ons wegwijs in het huis.
De velomobielen gaan in de garage en wij onder de douche en in frisse
kleding.
Het dorp is op loopafstand en door het mooie weer gezellig druk bevolkt
met voornamelijk watersporters.
We vinden er een heerlijk plekje op het terras van Jonas In Den Walvis,
genieten van een paar biertjes en van de
dagaanbieding met varkenshaassaté, friet en salade.
Een verdere verkenning van het kleine dorp duurt niet lang en voor het
slapen hangen we daarom nog maar wat in onze VODF waar we de hele
bovenverdieping inclusief keukentje voor ons zelf hebben.
<DAG 2>
De volgende morgen piept mijn wekker om zeven uur, want we hebben
afgesproken om half acht te ontbijten.
Dit ontbijt is zeer riant en we kunnen ons goed vol eten voor onze
tweede fietsdag.
Om kwart over acht kruipen we alweer in onze Velo’s en beginnen we in
rustig tempo aan onze rit huiswaarts.
Het is licht bewolkt en de Friesland is nog niet ontwaakt dus we hebben
ruim baan voor ons alleen.
Via een ommetje door Woudsend en Balk komen we in Lemmer weer bij het
IJsselmeer.
Aan de andere kant van het dorp draaien we net na gemaal Buma het
buitendijkse fietspad op.
De wind is ’s nachts gedraaid en dus hebben we ook vandaag meewind.
Hierdoor kan ons tempo omhoog en schieten we lekker op tot we op
meerder kuddes schapen stuiten.
Het lijkt mij niet verstandig vol gas langs deze dieren te stuiven en
ik rem terug tot matige snelheid.
De schapen maken zich kriskras voor ons uit de voeten, maar wij moeten
wel door de uitwerpselen van de dieren glibberen en de stank ons laten
welgevallen.
Het pad brengt ons in Urk en uit voorbereidend speurwerk op internet
weet ik dat hier wel één café open moet zijn.
Als we voor De Kaap staan zien we dat er inderdaad mensen binnen aan de
koffie zitten.
De oude dame die de koffie schenkt zegt dat ze open is omdat ze er
tocht was, maar ik heb zo’n idee dat ze dat elke week zegt.
Even na Urk fietsen we over de Ketelbrug Flevoland in en als we onder
de brug door de Noordermeerdijk opdraaien zien we opeens twee Questen voor ons
op het fietspad staan.
Het is een Velostel uit Lelystad en ze zagen ons in hun spiegels.
We stoppen, maken een praatje met hen en met een toevallig passerende
rechtop fietser, die van ons ook wat foto’s maakt.
Dan kunnen we doorstomen naar Almere met de wind nog steeds op onze
staart.
In een uur en driekwartier hebben we de hele kustlijn van Flevoland
gezien en ploffen we neer op het terras van Poort Dok.
Ook hier nuttigen we weer cola’s om ons suikertekort aan te vullen,
maar dit maal vergezeld van uitsmijters ham-kaas.
We rustten bijna een uur en maken ons dan op voor het laatste deel van
onze tocht.
Aan de overkant van de Hollandse Brug gaan we de mist in omdat er een
weg is afgesloten.
We fietsen eerst naar Naarden Vesting en dan weer terug naar mijn
route, een extra lusje van een goede 10 km.
Eenmaal weer op de track is het makkelijk het spoor verder te volgen.
Eerst nog door een ons minder bekend stukje Nederland, dan langs de
Vecht over wegen waar ik al een paar keer gefietst heb.
Bij Breukelen verlaten we de Vecht en worden wegen en paden nog
bekender.
De GPS hoeft ons de weg niet meer te wijzen en dient alleen als opslag
voor de routedata.
Via Kockengen, Kamerik, Woerden en Nieuwerbrug rijden we naar Bodegraven.
Vanaf hier fietst Pim naar Boskoop en ik naar Gouda.
Om vijf uur sta ik moe en voldaan weer thuis in de tuin.
Het Rondje IJsselmeer in goed gezelschap van Pim en met fantastisch
weer is er één die voor herhaling vatbaar is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten