Zes weken geleden heb ik het 200 km brevet vanuit Bunnik
gefietst.
Na die tijd is het door vakantie en griep niet echt van
fietsen gekomen.
Enkel één rondje op de bukfiets en één rondje op de ligfiets
vormen enige voorbereiding voor de tocht van vandaag.
Het is namelijk 10 maart en de dag van het 300 km brevet,
een fietstocht die wederom start vanuit Bunnik.
De afgelopen dagen verdwijnen bij mij laatste hoestprikkels en
worden de brevetkriebels steeds sterker.
De weersverwachtingen lopen aanvankelijk nogal uiteen, maar
enkele dagen voor de tocht zien ze er acceptabel tot zelfs goed uit.
Ik schrijf me in via de website van randonneurs.nl en begin
met mijn voorbereidingen.
Ik verzamel een dubbel set kleding en neem de twee avonden voor
de start magnesiumtabletten.
Op de vrijdagavond maak ik mijn velomobiel startklaar en set
die alvast in de aanhanger.
Ik koppel hem ook alvast aan de auto zodat ik me daar ’s
ochtend vroeg niet druk om hoef te maken.
Op zaterdag rijd ik om kwart over zes weg vanuit Gouda en
rond zeven uur parkeer ik in Bunnik.
Ik hevel de laatste spullen over uit de auto in de fiets en
met wat hulp van een medefietser komt de DF uit de aanhanger.
In het barretje van de StayOkay haal ik mijn startkaart die
net als voorgaande keer weer keurig klaar ligt.
De koffie is nu ook weer inbegrepen en smaakt prima zo vroeg
op de morgen.
Even voor achten houdt organisator Frank zijn startspeech waarin
hij ons een leuke en veilige fietstocht wenst en benadrukt dat het geen
wedstrijd is.
Ook meldt hij dat er na 40 km wegwerkzaamheden zijn waar
velomobielen waarschijnlijk niet doorkunnen.
Na de toespraak gaan we met 68 fietsers op pad voor een
ronde door Zuid-Nederland.
We gaan via Nieuwegein de Lekbrug bij Vianen over en
zuidwest naar Meerkerk.
Via de polder komen we in de buurt van de 40 km passage waar
omleidingsborden voor fietsers staan.
Tot nu toe heb ik achter een groep wielrenners gereden, maar
zij negeren nu de omleiding en ik ga de borden volgen.
Via de andere oever van de Giessen kan ik de route in de
gaten houden en bij Giessendam kom ik weer op de route terecht.
Ik fiets nu alleen en de route leidt mij naar Dordrecht een
bekend stuk dat we wel fietsen als we naar Maia de ligfietswinkel gaan.
In de groenstrook langs de stad is een uitlaatgebied en daar
wordt goed gebruik van gemaakt.
Veel honden lopen los en enige voorzichtigheid is dus wel
geboden.
Een viervoeter bedenkt dat hij mij wel wil volgen en begint
mee te rennen.
Ik zet wat aan maar de hond blijft mij stug enkel honderden
meters volgen en haakt pas af bij 40.
Even na Dordt kom ik bij de eerste stempelpost.
Hier staat gelukkig weer een groepje medefietsers en dat
betekent dat ik het volgende stuk weer kan aanhaken en niet alleen hoef te
rijden.
Even later moet ik nog een keer omrijden omdat een trekkerscombinatie
alleen ruimte laat voor wielrenners en ben ik het groepje weer kwijt.
Via Zevenbergen en Etten-Leur bereik ik al snel de tweede
stempelpost in Rijsbergen en vind ik ze terug.
Achter de kassa van de Total staat een hele rij mannen die
allemaal een stempeltje willen.
Ik sluit aan en koop ook wat water om mijn vochtvoorraad aan
te vullen.
Het volgende tussendeel is met 70 km wat langer en gaat over
leuke wegen door Brabant.
Bos en boerenland wisselen elkaar af met uitzonder van de
passage door Tilburg.
Frank heeft een rechte lijn langs het spoor getrokken maar
ook deze lijn gaat wel door de stad.
Met DF is het oppassen en met extra inspanning steeds weer optrekken
bij verkeerslichten.
De derde stempelpost is thuis bij de organisator en biedt
meer dan alleen een stempel.
Er is een keukenploeg ingeschakeld om alle fietsers te
voorzien van tomatensoep, Brabantse worstenbroodjes, broodjes ham of kaas en
een drankje.
Deze actie verdient natuurlijk alle lof en ik geniet er van
terwijl ik gelijk wat kan rusten voor de kleine tweede helft van de fietstocht.
Na de aangename pauze ga ik aanvankelijk alleen op pad, maar
na een paar kilometer haakt een randonneur bij mij aan.
Zijn GPS is er mee gestopt en hij volgt mij graag naar de
volgende post.
Dat lukt best en zelfs als ik op de dijk langs de Maas 36 ga
rijden blijft hij dicht in mijn wiel.
We fietsen eerst oostwaarts naar Nijmegen en dan in
noordelijke richting naar Arnhem.
Hier moeten we bij de McDonalds een volgende stempel halen.
Buiten zit een groepje dat al eerder daar was een portie
fastfood te verorberen.
Ik houdt het bij mijn eigen proviand en zorg enkel dat mijn
watervoorraad weer op peil komt.
Tot nu was het weer prachtig en zelfs lenteachtig, maar ondertussen
is het gaan spetteren en begint het donker te worden.
Vanaf de stopplek haak ik weer aan bij een groepje en zo kom
ik makkelijk de stad uit.
Ik wist niet da Arnhem in een groot gat ligt en dat het
klimmen is om eruit te komen.
Even raak ik mijn voorrijders kwijt, maar op de een stukje
bergafwaarts kan ik weer aanhaken.
Het tempo ligt u wat lager doordat het donker is of doordat
de vermoeidheid begint.
Het groepje fiets rond de 25 en ik blijf volgen omdat dat ik
niet graag alleen in het donker rijd.
We rijden nu weer westelijk en komen gaan via Ede naar
Woudenberg.
Na 285 km zijn we aan de voet van de Piramide van Austerlitz
en mogen we nog een keer klimmen.
Daarna gaat het laatste stuk weer redelijk snel en via Zeist
komen we terug in Bunnik.
Om 20:55 ben ik terug in de StayOkay, stempelt Frank mijn
kaart af en zit de tocht er na 13 uur op.
Ik neem hier eerst nog een cola om een beetje bij te komen.
Dan gaat de DF weer in de aanhanger en rijd ik naar huis.
Hier help Petra om de boel uit te laden en binnen te zetten.
Na een douche plof ik om elf uur nog even op de bank voor
een welverdiend biertje.
De nacht die volgt slaap ik als een roos en na het ontbijt
verleng ik hem nog met een paar uurtjes.
Daarna ben ik weer redelijk uitgerust en geniet ik na met
het poetsen van mijn DF.
Het is dus weer gelukt, hoewel het met wat meer training
lekkerder zou moeten zijn gaan.
Mooie rit Ruud!
BeantwoordenVerwijderenGroet
Erwin en Tante Lies